Manieren in het verkeer

7333
  1. Wanneer je een voertuig gebruikt, zoals een auto of een fiets, zeg je: "Bismillah." Dit betekent in het Nederlands: "In de Naam van Allah." Zodra je onderweg bent, zeg dan: "Alhamdoelillaah. Soebhaanalladhie sakkharalanaa haadhaa, wa maa koennaa lahoe moeqrinien, wa innaa ilaa rabbinaa lamoenqaliboen." Dit betekent in het Nederlands: "Alle lof behoort toe aan Allah. Glorieus is Degene Die dit voor ons dienstbaar heeft gemaakt, en wij hebben er geen macht over. En voorwaar, tot onze Heer zullen wij zeker terugkeren."
  2. Hierna zeggen wij drie keer ‘Alhamdoelillaah’, drie keer ‘Allaahoe akbar’ en vervolgens: "SoebhaanakAllaahoemma innie dhalamtoe nafsie, faghfirlie. Fa innahoe laa yaghfiroe dh-Dhoenoeba illaa ant." Dit betekent in het Nederlands: "Glorieus bent U, O Allah. Ik heb mijzelf onrecht aangedaan, vergeef mij daarom. Voorwaar, er is niemand die de zonden vergeeft, behalve U."
  3. Houd orde en netheid aan. Zit op een goede manier, gedraag je netjes in het verkeer en dring niet voor in de rijen.
  4. Steek je hoofd niet uit het raam en gooi niets vanuit de auto naar buiten. Spuug ook niet op straat en wees anderen niet tot last door teveel lawaai te maken.
  5. Ga niet zitten, in bijvoorbeeld de bus of tram, als hier ouderen aanwezig zijn. Sta altijd op en laat de oude mensen zitten.
  6. Als je mensen tegenkomt op jouw weg, groet hen dan.
  7. Stap het voertuig niet uit, terwijl hij nog rijdt. Maar stap pas uit wanneer hij helmaal stil staat.