Deze drie zaken -liefde, hoop en vrees- zijn allen daden van het hart. Deze drie zaken zijn de fundamenten van aanbidding. Dit behelst dat iedere vorm van aanbidding die voor Allah verricht wordt gestoeld moet zijn op deze drie fundamenten. Liefde, vrees en hoop.
We bidden uit liefde voor Allah, in de hoop op Zijn beloning en uit vrees voor Zijn bestraffing. We verrichten de ʿOemrah uit liefde voor Allah, in de hoop op Zijn beloning en uit vrees voor Zijn bestraffing. We vasten uit liefde voor Allah, in de hoop op Zijn beloning en uit vrees voor Zijn bestraffing. We reciteren de Koran uit liefde voor Allah, in de hoop op Zijn beloning en uit vrees voor Zijn bestraffing. Zo is het ook het geval bij elke daad van aanbidding.
Vergelijkbaar met wat Allah, Geëerde en Majestueuze, heeft gezegd in een vers dat al deze pijlers samenbrengt, zeggende (interpretatie van de betekenis):
“Degenen tot wie zij aanroepen verlangen (voor zichzelf) een middel om toegang te krijgen tot hun Heer, over wie van hen het dichtstbij zal zijn…” Dit is liefde. “…En zij hopen op Zijn Barmhartigheid en vrezen Zijn Straf. Voorwaar, de Straf van jouw Heer is iets om bang voor te zijn!”
(Soerat al-Israa’: 57)
Sheikh ul-Islaam ibn Taymiyah noemt deze drie fundamenten van aanbidding; de drijfveren van het hart. Dit omdat, wanneer deze in het hart aanwezig zijn – de liefde voor Allah, de hoop op Zijn beloning en de vrees voor Zijn bestraffing – het hart gemotiveerd zal worden tot elke deugd. En het zal het (hart) afwenden van elk kwaad en verwerpelijke zaken. Dit zijn buitengewoon geweldige fundamenten. Buitengewoon verheven fundamenten waarop aanbidding en de religie van Allah op rusten.
Sheikh ʿAbdoer-Razzaaq ibn ʿAbdil-Moehsin al-Badr
(uitgetikt audiofragment)