De betekenis van ‘Mohammed is de Boodschapper van Allah’

8400
Vraag 13:
Dat wat betreft de betekenis van ‘er is geen god dan Allah’, maar wat houdt nu de getuigenis ‘Mohammed is de Boodschapper van Allah’ in?
Antwoord:
Wat betreft de getuigenis ‘Mohammed is de Boodschapper van Allah’, dit staat voor het bevestigen met de tong en het geloven met het hart dat Mohammed, de zoon van cAbdoellah, de Qoerayshiet, de Hashimiet, de Boodschapper is van Allah die gezonden is naar de gehele schepping: zowel de djinn als de mens. Allah zegt namelijk:
“Zeg: ,,O mensen, waarlijk, ik ben de Boodschapper van Allah voor jullie allen. (Allah is) Degene aan Wie het Koninkrijk over de hemelen en de aarde behoort, geen god is er dan Hij. Hij doet leven en Hij doet sterven. Gelooft daarom in Allah en Zijn Boodschapper; de ongeletterde Profeet, die in Allah en Zijn Woorden gelooft, en volgt hem. Opdat jullie geleid zullen worden.”
(Soerat al-Acraaf: 158)
Ook zegt Allah:
“Gezegend is Degene Die de Foerqaan (de Koran) heeft neergezonden aan Zijn Dienaar opdat hij een waarschuwer voor de werelden zal zijn.”
(Soerat al-Foerqaan: 1)
De betekenis van de tweede geloofsgetuigenis is dat je gelooft in de berichtgevingen van de Profeet, zijn bevelen volgt, wegblijft van datgene dat hij heeft verboden en dat je Allah slechts aanbidt op de wijze die hij heeft voorgeschreven. Deze getuigenis houdt tevens in dat je gelooft dat de Boodschapper van Allah geenszins aanspraak maakt op enige vorm van heerschappij en bestuur van het heelal en aanbidding. Hij is niets anders dan een dienaar die geen recht van aanbidding toekomt, een Boodschapper die niet liegt en die niet bij machte is zichzelf of anderen te baten, noch te schaden, behalve met de Wil van Allah. Allah zegt namelijk:
“Zeg: ,,Ik zeg jullie niet dat ik over de schatten van Allah beschik en niet dat ik het Ongeziene ken, en ik zeg jullie niet dat ik een engel ben. Ik volg slechts wat aan mij geopenbaard wordt.”
(Soerat al-Ancaam: 50)
Hij is dus een dienaar die uitvoert wat hem opgedragen wordt. Allah zegt ook:
“Zeg: ,,Ik ben niet bij machte om jullie te schaden, noch te leiden.” Zeg: ,,Niemand kan mij ooit bescherming bieden tegen Allah en ik zal buiten Hem nooit een andere toevluchtsoord vinden.”
(Soerat al-Djinn: 21-22)
Ook zegt de Verhevene:
“Zeg: ,,Ik ben niet bij machte om mijzelf te baten, noch te schaden, behalve met de Wil van Allah. En als ik het Ongeziene kende, dan zou ik het goede vermeerderd hebben en zou het kwade mij niet hebben getroffen. Ik ben niets dan een waarschuwer en een verkondiger van blijde tijdingen voor een gelovig volk.”
(Soerat al-Acraaf: 188)
Dit is dan ook de betekenis van de twee geloofsgetuigenissen. Hiermee is tevens duidelijk geworden dat recht van aanbidding niet toekomt aan de Boodschapper, noch aan andere schepselen. Aanbidding komt slechts toe aan Allah alleen. Wel dient de Profeet de gepaste achting toegekend te worden die Allah hem heeft gegeven, namelijk: hij is de dienaar van Allah en Zijn Boodschapper.