De juiste schaamte

9679

Tot het volmaakte geloof van een dienaar behoort het dat hij zich tegenover Allah, de Verhevene, daadwerkelijk schaamt. Sacied ibn Yazied overlevert dat hij aan de Profeet (vrede zij met hem) vroeg: “Geef mij raad.” Hij (vrede zij met hem) antwoordde: “Ik adviseer je om je tegenover Allah te schamen, zoals je je tegenover een vrome man schaamt.”

(Ahmad; Sahieh verklaard door Sheikh al-Albaanie)

Al-Moenaawie (moge Allah genadig met hem zijn) zegt over deze overlevering: “Ibn Djarier (moge Allah hem begenadigen) heeft gezegd: “Deze overlevering is de beste vermaning en het duidelijkste bewijs, in de meest beknopte samenvatting en concrete bewoording. Er is geen zondaar of hij schaamt zich om in de aanwezigheid van vrome mensen en van mensen met aanzien een slechte daad te verrichten. Allah, de Verhevene, is op de hoogte van alle handelingen van Zijn dienaren. Als een dienaar zich tegenover zijn Heer schaamt, zoals hij zich tegenover een vrome persoon van zijn volk schaamt, dan zal hij alle openlijke en heimelijke zonden vermijden. Wat is dit een prachtig, betekenisvol en meest beknoptadvies.”

Ar-Raaghib al-Asfahaanie (moge Allah genadig met hem zijn) zei: “Als een persoon een slechte daad wilt verrichten, dan is het noodzakelijk dat hij zich de meest waardevolle persoon inbeeldt alsof hij hem daadwerkelijk ziet. Dit omdat een mens zich schaamt voor iemand die hij hoog heeft staan. Daarom is het zo dat hij zich niet schaamt voor dieren, kinderen en degenen die geen onderscheid kunnen maken (tussen goed en slecht). Hij schaamt zich meer voor een grote geleerde dan een onwetende en schaamt zich ook meer voor een gemeenschap dan voor een individu.”

De mens schaamt zich voor drie groepen: voor de mens (en dit komt het meest voor), voor zichzelf en voor Allah. Degene die zich schaamt voor de mensen en niet voor zichzelf, beschouwt zijn ziel lager dan die van anderen. Wie zich voor zichzelf schaamt en niet voor Allah, is omdat hij Allah niet kent.

De mens schaamt zich voor degene die hij hoog heeft staan. Hij weet dat hij hem ziet of zijn heimelijke gesprekken hoort. Hoe kan degene die Allah niet kent, zich dan tegenover Hem schamen en weten dat Hij van alles op de hoogte is?

Je schamen tegenover Allah betekent dat je weet dat Allah je heimelijk en openlijk in de gaten houdt, en dat je je schaamt om een zonde te begaan. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“Weet hij dan niet dat Allah ziet (wat hij doet)?”

(Soerah al-cAlaq: 14)

Deze schaamte wordt schaamte van de aanbidding genoemd. Namelijk datgene dat een dienaar naar het hoogste niveau van geloof brengt. Oftewel al-Ihsaan. En wat de dienaar altijd voelt. Namelijk dat Allah naar hem kijkt, dat Hij al zijn daden ziet en dat hij zichzelf siert door zijn Heer te gehoorzamen. Deze schaamte zorgt ervoor dat hij zijn aanbidding tegenover zijn Heer als zeer beperkt en ondermaats ziet, omdat hij weet dat de positie van zijn Heer groter is.

De Profeet (vrede zij met hem) legt ons uit wat het schamen tegenover Allah betekent. cAbdoellaah ibn Mascoed verhaalt dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Schaam jullie oprecht voor Allah!” Hierop zeidende metgezellen: “Wij schamen ons voor Allah en alle lof zij Allah.” De Profeet (vrede zij met hem) zei hierop: “Dat is niet waarop gedoeld wordt. Het schamen tegenover Allah met de gepaste schaamte houdt in dat je waakt over het hoofd en wat het bevat (aan zintuigen en gedachten) en over de buik en (de ledematen) die nabij zijn en dat je de dood gedenkt en de ontbinding. Wie het Hiernamaals wenst, verlaat de versierselen van het wereldse. Degene die dit doet, schaamt zich tegenover Allah met de gepaste schaamte.”

(at-Tirmidhie)

Ibn Radjab zegt over deze overlevering: “Zijn woorden over het hoofd en wat het bevat” betekent dat men het gehoor, zicht en tong beschermt tegen zonden. En zijn woorden “en over zijn buik en (de ledematen) die nabij zijn” betekent dat men zichzelf beschermt door te volharden tegen het zondigen. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“En weet dat Allah op de hoogte is van wat zich in jullie zelf (d.w.z. in de harten) bevindt. Vrees Hem daarom. En weet dat Allah Meest Vergevingsgezind, Meest Verdraagzaam is.”

(Soerat al-Baqarah: 235)

Allah heeft de voorgaande zaken in het volgende vers opgesomd, zeggende (interpretatie van de betekenis):

“Voorwaar, het gehoor en het gezichtsvermogen en het hart: deze zullen allemaal daarover ondervraagd worden.”

(Soerat al-Israa’: 36)

Met “en over zijn buik en (de ledematen) die nabij zijn” wordt bedoeld dat men datgene dat Haraam is niet eet en drinkt. En de grootste zaken waarvan men zichzelf beschermt, zijn de tong en het geslachtsdeel.

Team al-Yaqeen