De schepping heeft Allah nodig

11833

De mens is altijd op zoek naar datgene wat hem baat en wat hem bescherming biedt tegen datgene wat hem schaadt. Om dit echter te bereiken moet de mens eerst weten wat schadelijk voor hem is. Daarna moet hij weten wat goed voor hem is, zodat hij hiervan gaat houden, en hierop gaat vertrouwen. De juiste manier om dit doel te bereiken veronderstelt dat we kennis hebben over de volgende zaken:

– Kennis over schadelijke zaken

– Kennis over hoe wij schadelijke zaken kunnen vermijden

Er bestaat geen twijfel over het feit dat de mens geen betere leiding kan volgen dan de leiding die komt van de Ene Die alles heeft vervolmaakt, Die geen tekortkomingen kent en Die eeuwiglevend is en nooit sterft. Niemand kan beter zijn dan Degene Die niets of niemand nodig heeft, Degene van Wie de hele schepping afhankelijk is, de Onderhouder. Hij is Allah, de Enige Ware God. Door het zoeken van hulp bij anderen dan Allah brengt de mens zichzelf schade toe. Allah is de Enige Die in staat is hem te helpen aangezien geen schade de mens treft of dit gebeurt met Zijn Wil en Zijn Macht.

Allah heeft Zijn Boeken nedergezonden en Zijn Boodschappers gestuurd zodat:

– De mensen kennis over hun Heer zouden kunnnen opdoen, want Allah beschrijft Zichzelf in de Koran.

– De mensen alleen Zijn gunst zouden zoeken en zouden leven volgens Zijn Wetten.

Kennis over de Namen en Eigenschappen van Allah bevrijdt de mens van het aanbidden van een schepsel, omdat de schepping zwak is en behoefte heeft aan de Schepper; Allah. Kennis over Allah zorgt ervoor dat de mens weet dat hij geschapen is om in overeenstemming met Zijn Wetten, die Hij heeft geopenbaard aan Zijn Boodschapper (vrede zij met hem), te leven. Deze Openbaring bevat een complete levenswijze waarin alles wat de mens schaadt en baadt staat vermeldt. De mens moet er voor zorgen dat hij zijn leven rond deze Openbaring bouwt en als hij een fout begaat, dan wendt hij zich berouwvol tot de Meest Vergevingsgezinde.

Weet dat er geen god is dan Allah en vraag om vergeving voor jouw zonden. (Soerat Moehammad: 19)

Het is verkeerd om te geloven dat Allah goden naast Zichzelf heeft geschapen naar wie de mensen zich kunnen keren voor hulp. Hij is de Enige God. De God van alle naties. Hij heeft de mensen niet opgedragen om de sterren, zon, vuur, cIsa ibnoe Mariam (vrede zij met hem) of wie of wat dan ook als goden naast hem te nemen. Hij kan niet tegenstrijdig zijn en Hij heeft maar één religie die de mensen oproept zich over te geven aan Zijn Wil. Hij, de Verhevene, waarschuwt dat als de mens deelgenoten zou plaatsen naast Allah, zijn daden nutteloos zouden worden en hij tot de verliezers zou behoren.

En waarlijk, er is aan jou en aan degenen vóór jou geopenbaard: “Als jij deelgenoten toekent, dan zullen jouw daden vruchteloos worden en zal jij zeker tot de verliezers behoren. Neen, aanbidt daarom Allah en behoor tot de dankbaren. (Soerat az-Zoemar: 65-66)

Kijk eens naar hoe de Profeet (vrede zij met hem) Allah aanbad, hij plachte te zeggen: ““O Allah, Ik zoek mijn toevlucht tot Uw Welbehagen tegen Uw Woede en (ik zoek mijn toevlucht) tot Uw Vergevingsgezindheid tegen Uw Bestraffing en ik zoek mijn toevlucht tot U tegen U. Ik kan U niet prijzen zoals U Zichzelf prijst (in de Koran). (Moeslim)

“O Allah, ik onderwerp mijzelf aan U, geef mijn zaken aan U over, keer mijn gezicht tot U en ga, in afhankelijkheid aan U, liggen in hoop en vrees. Er is geen toevlucht, geen ontsnappingsmogelijkheid, behalve bij U. Ik geloof in Uw woord door U geopenbaard aan de Profeet die U gestuurd heeft.” (al-Boechari en Moeslim)

Als we de volgende verzen lezen, zouden wij gemotiveerd moeten worden om ons tot Allah te keren in zowel tijden van voorspoed als tegenspoed.

Wat Allah de mensen aan Barmhartigheid schenkt kan door niemand tegengehouden worden, en wat door hem tegengehouden wordt kan buiten Hem door niemand gegeven worden. En Hij is de Almachtige, de Alwijze. (Soerat Faatir: 2)

En wanneer Allah jou met een tegenslag treft, dan is er niemand die deze kan wegnemen, behalve Hij. En wanneer Hij voor jou iets goeds wenst, dan kan niemand Zijn gunst tegenhouden. Hij treft daarmee wie Hij wil van Zijn dienaren. En Hij is de Vergevingsgezinde, de Meest Barmhartige. (Soerat Yoenoes: 107)

Wanneer Allah jullie helpt is er geen overwinnaar over jullie. En indien Hij jullie in de steek laat, wie is degene die jullie daarna nog kan helpen? En laat daarom de gelovigen op Allah vertouwen. (Soerat Aali cImraan: 160)

De Koran leidt de mens naar een ware bevrijding van alle valse zaken. Het brengt rust tot het hart en helpt de gelovige tegen hypocrisie en elke vorm van oneerlijkheid. Neem bijvoorbeeld het volgende geval; Een gelovige krijgt te maken met een probleem op werk. Hij is getuige van iets slechts en krijgt te maken met verboden praktijken. Toch heeft hij er geen vrees voor om het slechte af te keuren. Hij weet immers dat dit werk slechts een middel is om in zijn onderhoud te voorzien. Wellicht is hij niet in staat om veranderingen aan te brengen, maar hij weet in ieder geval dat Allah Degene is Die hem onderhoud geeft. Als hij zijn baan verlaat omwille van Allah, zal Allah hem daar iets beters voor in de plaats geven. Allah zegt immers wat als volgt vertaald kan worden:

“En Wie Allah vreest, die zal Hij een uitweg geven. En Hij voorziet hem van waar hij het niet verwacht.” (Soerat at-Talaaq: 2-3)

Deze vers vereist dus dat de mens op Allah moet vertrouwen en Hem alleen om hulp moet vragen. Het vereist ook dat de mens van Allah moet houden en Hem alleen moet aanbidden om zodoende Zijn hulp en gunst te verdienen. Is het niet waar dat mensen die dit leven als eindbestemming zien eindigen met het aanbidden van vele wereldse zaken? Je ziet hen zich zo druk maken om het feit dat zij alles moeten hebben. Zij kwellen zichzelf; Pijn, moeilijkheden, constante zorgen. Zij sluiten lening na lening om de ontwikkelingen bij te blijven. Zij vrezen de constante dreiging van faillisement en zien het angstbeeld van armoede constant voor zich. De Profeet (vrede zij met hem) zei: “Allah zegt in een Hadieth Qoedsie: ,,Zoon van Adam, vul je tijd in met het aanbidden van Mij en Ik zal jouw hart met rijkdom vullen en jouw armoede beëindigen. Maar als je dit niet doet, zal Ik jouw handen volledig bezig laten zijn (met wereldse zaken) en zal Ik jouw armoede niet beëindigen.” (Tirmidhi)

Ons doel op deze wereld is groter en heeft meer waarde dan het aanbidden van werelds gewin en er kan geen beter leven zijn, dan het leven dat is voorgeschreven door onze Schepper, Allah. Alle daden die wij verrichten en in overeenstemming zijn met Allah’s Wetten zijn daden van aanbidding. En het zijn de mensen die Allah nodig hebben, Allah heeft ons niet nodig.

O mensen, jullie zijn het die behoefte hebben aan Allah, maar Allah, Hij is de Behoefteloze, de Geprezene. (Soerat Faatir: 15)