De mens
is altijd op zoek naar datgene wat hem baat en wat hem bescherming biedt
tegen datgene wat hem schaadt. Om dit echter te bereiken moet de mens eerst
weten wat schadelijk voor hem is. Daarna moet hij weten wat goed voor hem
is, zodat hij hiervan gaat houden, en hierop gaat vertrouwen. De juiste
manier om dit doel te bereiken veronderstelt dat we kennis hebben over de
volgende zaken:
–
Kennis over
schadelijke zaken
–
Kennis over
hoe wij schadelijke zaken kunnen vermijden
Er bestaat geen twijfel over het feit dat de mens geen
betere leiding kan volgen dan de leiding die komt van de Ene Die alles heeft
vervolmaakt, Die geen tekortkomingen kent en Die eeuwiglevend is en nooit
sterft. Niemand kan beter zijn dan Degene Die niets of niemand nodig heeft,
Degene van Wie de hele schepping afhankelijk is, de Onderhouder. Hij is
Allah, de Enige Ware God. Door het zoeken van hulp bij anderen dan Allah
brengt de mens zichzelf schade toe. Allah is de Enige Die in staat is hem te
helpen aangezien geen schade de mens treft of dit gebeurt met Zijn Wil en
Zijn Macht.
Allah heeft Zijn Boeken nedergezonden en Zijn Boodschappers
gestuurd zodat:
–
De mensen
kennis over hun Heer zouden kunnnen opdoen, want Allah beschrijft Zichzelf
in de Koran.
–
De mensen
alleen Zijn gunst zouden zoeken en zouden leven volgens Zijn Wetten.
Kennis over de Namen en Eigenschappen van Allah bevrijdt de
mens van het aanbidden van een schepsel, omdat de schepping zwak is en
behoefte heeft aan de Schepper; Allah. Kennis over Allah zorgt ervoor dat de
mens weet dat hij geschapen is om in overeenstemming met Zijn Wetten, die
Hij heeft geopenbaard aan Zijn Boodschapper (vrede zij met hem), te leven.
Deze Openbaring bevat een complete levenswijze waarin alles wat de mens
schaadt en baadt staat vermeldt. De mens moet er voor zorgen dat hij zijn
leven rond deze Openbaring bouwt en als hij een fout begaat, dan wendt hij
zich berouwvol tot de Meest Vergevingsgezinde.
Weet dat er geen god is dan Allah en vraag om vergeving voor
jouw zonden.
(Soerat Moehammad: 19)
Het is verkeerd om te geloven dat Allah goden naast Zichzelf
heeft geschapen naar wie de mensen zich kunnen keren voor hulp. Hij is de
Enige God. De God van alle naties. Hij heeft de mensen niet opgedragen om de
sterren, zon, vuur, cIsa ibnoe Mariam (vrede zij met hem) of wie
of wat dan ook als goden naast hem te nemen. Hij kan niet tegenstrijdig zijn
en Hij heeft maar één religie die de mensen oproept zich over te geven aan
Zijn Wil. Hij, de Verhevene, waarschuwt dat als de mens deelgenoten zou
plaatsen naast Allah, zijn daden nutteloos zouden worden en hij tot de
verliezers zou behoren.
En waarlijk, er is aan jou en aan degenen vóór jou
geopenbaard: “Als jij deelgenoten toekent, dan zullen jouw daden
vruchteloos worden en zal jij zeker tot de verliezers behoren. Neen, aanbidt
daarom Allah en behoor tot de dankbaren.
(Soerat az-Zoemar: 65-66)
Kijk eens naar hoe de Profeet (vrede zij met hem) Allah
aanbad, hij plachte te zeggen: ““O Allah, Ik zoek mijn toevlucht tot
Uw Welbehagen tegen Uw Woede en (ik zoek mijn toevlucht) tot Uw
Vergevingsgezindheid tegen Uw Bestraffing en ik zoek mijn toevlucht tot U
tegen U. Ik kan U niet prijzen zoals U Zichzelf prijst (in de Koran).
(Moeslim)
“O Allah, ik onderwerp mijzelf aan U, geef mijn zaken aan
U over, keer mijn gezicht tot U en ga, in afhankelijkheid aan U, liggen in
hoop en vrees. Er is geen toevlucht, geen ontsnappingsmogelijkheid, behalve
bij U. Ik geloof in Uw woord door U geopenbaard aan de Profeet die U
gestuurd heeft.”
(al-Boechari en Moeslim)
Als we
de volgende verzen lezen, zouden wij gemotiveerd moeten worden om ons tot
Allah te keren in zowel tijden van voorspoed als tegenspoed.
Wat Allah de mensen aan Barmhartigheid schenkt kan door
niemand tegengehouden worden, en wat door hem tegengehouden wordt kan buiten
Hem door niemand gegeven worden. En Hij is de Almachtige, de Alwijze.
(Soerat Faatir: 2)
En wanneer Allah jou met een tegenslag treft, dan is er
niemand die deze kan wegnemen, behalve Hij. En wanneer Hij voor jou iets
goeds wenst, dan kan niemand Zijn gunst tegenhouden. Hij treft daarmee wie
Hij wil van Zijn dienaren. En Hij is de Vergevingsgezinde, de Meest
Barmhartige.
(Soerat Yoenoes: 107)
Wanneer Allah jullie helpt is er geen overwinnaar over
jullie. En indien Hij jullie in de steek laat, wie is degene die jullie
daarna nog kan helpen? En laat daarom de gelovigen op Allah vertouwen.
(Soerat Aali cImraan: 160)
De Koran leidt de mens naar een ware bevrijding van alle
valse zaken. Het brengt rust tot het hart en helpt de gelovige tegen
hypocrisie en elke vorm van oneerlijkheid. Neem bijvoorbeeld het volgende
geval; Een gelovige krijgt te maken met een probleem op werk. Hij is getuige
van iets slechts en krijgt te maken met verboden praktijken. Toch heeft hij
er geen vrees voor om het slechte af te keuren. Hij weet immers dat dit werk
slechts een middel is om in zijn onderhoud te voorzien. Wellicht is hij niet
in staat om veranderingen aan te brengen, maar hij weet in ieder geval dat
Allah Degene is Die hem onderhoud geeft. Als hij zijn baan verlaat omwille
van Allah, zal Allah hem daar iets beters voor in de plaats geven. Allah
zegt immers wat als volgt vertaald kan worden:
“En Wie Allah vreest, die zal Hij een uitweg geven. En Hij
voorziet hem van waar hij het niet verwacht.”
(Soerat at-Talaaq: 2-3)
Deze vers vereist dus dat de mens op Allah moet vertrouwen
en Hem alleen om hulp moet vragen. Het vereist ook dat de mens van Allah
moet houden en Hem alleen moet aanbidden om zodoende Zijn hulp en gunst te
verdienen. Is het niet waar dat mensen die dit leven als eindbestemming zien
eindigen met het aanbidden van vele wereldse zaken? Je ziet hen zich zo druk
maken om het feit dat zij alles moeten hebben. Zij kwellen zichzelf; Pijn,
moeilijkheden, constante zorgen. Zij sluiten lening na lening om de
ontwikkelingen bij te blijven. Zij vrezen de constante dreiging van
faillisement en zien het angstbeeld van armoede constant voor zich. De
Profeet (vrede zij met hem) zei: “Allah zegt in een Hadieth Qoedsie:
,,Zoon van Adam, vul je tijd in met het aanbidden van Mij en Ik zal jouw
hart met rijkdom vullen en jouw armoede beëindigen. Maar als je dit niet
doet, zal Ik jouw handen volledig bezig laten zijn (met wereldse zaken)
en zal Ik jouw armoede niet beëindigen.”
(Tirmidhi)
Ons doel op deze wereld is groter en heeft meer waarde dan
het aanbidden van werelds gewin en er kan geen beter leven zijn, dan het
leven dat is voorgeschreven door onze Schepper, Allah. Alle daden die wij
verrichten en in overeenstemming zijn met Allah’s Wetten zijn daden van
aanbidding. En het zijn de mensen die Allah nodig hebben, Allah heeft ons
niet nodig.
O mensen, jullie zijn het die behoefte hebben aan Allah, maar Allah, Hij
is de Behoefteloze, de Geprezene.
(Soerat Faatir: 15)
|