Geen categorie

De ware betekenis van Laa ilaaha ill-Allah

31519

Allah zegt:

“Allah getuigt dat er waarlijk geen god is dan Hij en (ook) de engelen en de bezitters van kennis (bevestigen dit), standvastig in de gerechtigheid. Er is geen god dan Hij, de Almachtige, de Alwijze.”

(Soerat Aali cImraan: 18)

“Weet dat er geen god is dan Allah.”

(Soerat Moehammed: 19)

De ware betekenis van ‘Laa ilaaha ill-Allah’ is: Niets of niemand heeft het recht aanbeden te worden, behalve Allah.

De valse betekenis van Laa ilaaha ill-Allah

Dikwijls wordt de werkelijke betekenis van ‘Laa ilaaha ill-Allah’ verkeerd uitgelegd, zo komt men nog wel eens de volgende betekenissen tegen:

– Niets wordt aanbeden behalve Allah

Dit is onjuist, want dit suggereert dat alles wat terecht dan wel onterecht aanbeden wordt, Allah is.

– Allah de Enige Schepper is.

Dit is slechts een gedeelte van de betekenis, maar dit is niet waar het werkelijk om gaat. Zou dit de ware betekenis zijn van ‘Laa ilaaha ill-Allah’, dan was de strijd tussen de Profeet vrede zij met hem en de ongelovigen onnodig, want zij getuigden ook dat Allah de Enige Schepper is.

– Niemand het recht heeft om regels uit te vaardigen, behalve Allah.

Dit is ook slechts een gedeelte van de betekenis, maar dit is niet genoeg en dit is wederom niet waar het werkelijk om gaat, want laten we veronderstellen dat het recht om regels uit te vaardigen alleen aan Allah wordt toegekend, terwijl daarentegen nog steeds anderen naast hem worden aanbeden, dan is er nog steeds geen sprake van ware Tawhied (Eenheid van Allah).

De fundamenten van Laa ilaaha ill-Allah

Ten eerste: De ontkenning (Nafiey) dat iets anders dan Allah het recht heeft aanbeden te worden. Dit op basis van het zinsdeel ‘Laa ilaah’.

Ten tweede: De bevestiging (Ithbaat) dat alleen Allah aanbeden mag worden zonder dat Hem deelgenoten worden toegekend. Dit op basis van het zinsdeel ‘ill-Allah’. Het bewijs hiervoor vindt men in de volgende vers:

En wie de Taaghoet (alles wat naast Allah aanbeden wordt) verwerpt (dit zinsdeel betreft de ontkenning) en in Allah gelooft (dit zinsdeel betreft de bevestiging): Hij heeft waarlijk het stevigste houvast gegrepen, dat onbreekbaar is.

(Soerat al-Baqarah: 256)

En (gedenkt) toen Ibrahiem tot zijn vader en zijn volk zei: “Waarlijk, ik wil niets te maken hebben met datgene wat jullie aanbidden (de ontkenning). Behalve Degene Die mij heeft geschapen (de bevestiging): Waarlijk, Hij zal mij leiden.”

(Soerat az-Zoechroef: 26-27)

De mens zal pas profijt hebben van ‘Laa ilaaha ill-Allah’ als hij de werkelijke betekenis ervan kent en handelt in overeenstemming met deze betekenis, namelijk: het verlaten van de aanbidding van anderen dan Allah voor het aanbidden van Hem alleen.[1]

[1] Bayaan Macnaa Kalimat Laa Ilaaha Ill-Allah van Sheich bin Baaz, blz. 5 en Oesoel ath-Thalaathah, blz. 10 en cAqiedat ut-Tawhied van Sheich al-Fawzaan, blz. 50-51.