Zij die openlijk zondigen – deel 1

46881

Het is van de Soennah van de Profeet (vrede zij met hem) dat we het licht der leiding volgen wat betreft deze cruciale kwestie die dringend aandacht behoeft. Omdat het één van de meest belangrijke kwesties is die helpt bij het behouden van de religie en kuisheid van de moslimgemeenschap. Er is overgeleverd van Aboe Hoerayrah dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Ieder lid van mijn natie zal vergeven worden, behalve degenen die hun zondes openbaar maken. Een voorbeeld hiervan is dat van een man die ‘s nachts een zonde pleegt die Allah voor hem heeft bedekt, maar de volgende ochtend gaat en zegt (tegen de mensen): “Ik heb vannacht die en die zonde gepleegd”, terwijl Allah het voor hem had bedekt. Gedurende de nacht had Allah het verborgen, maar in de ochtend verbrak hij de bedekking waar Allah hem Zelf van heeft voorzien.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Degenen die hun zonden openbaren aan anderen zullen de Vergeving van Allah worden ontnomen. Imam an-Nawawie zei: “Het is toegestaan om openlijk te spreken over degenen die openlijk de zonden hebben gepleegd of innovaties verspreiden.”

Zo’n persoon zit in een bijeenkomst en zegt: “Afgelopen nacht heb ik die en die zonde gepleegd”, waarna hij in detail treedt. Dit terwijl de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Blijf weg van deze schandelijke zaken (d.w.z. zonden) die Allah heeft verboden. En als één van jullie wordt beproefd met het plegen van één van hen, laat hem ze dan bedekken zoals Allah ze voor hem heeft bedekt.”

(al-Haakim)

Waarom is dit? Het is omdat het openlijk openbaren van iemands zonden een manier is om neerbuigend te doen over de Waardigheid van Allah. Het is Allah, de Verhevene, die het verboden heeft om dergelijke zonden te begaan en het is Allah Die ons hierover heeft geïnformeerd middels Zijn Boodschapper (vrede zij met hem). Het gaat dus om degene die openlijk zijn ongehoorzaamheid blootstelt, uit onverschilligheid ten aanzien van de Wetgeving van Allah, de waardigheid van Zijn Boodschapper (vrede zij met hem) en de gevoelens van de rechtgeleiden binnen de moslimgemeenschap. Je hieraan schuldig maken is daarom niets anders dan hardnekkige arrogantie.

Het openlijk openbaren van de zonden en hierover opscheppen is vandaag de dag een veelvoorkomende gewoonte bij de mensen. En dit heeft de plaats ingenomen van het tonen van berouw en het verbergen van de zondes voor anderen. Als iemand zondigt, dan mag hij zelfs niet één persoon op de hoogte ervan brengen, en hij dient berouw te tonen en ervoor te zorgen dat hij deze zonde nooit meer pleegt. Men kan echter een geleerde of wijze vriend op de hoogte brengen om zijn hulp en advies te vragen over hoe hij zich kan onthouden van dergelijke zondes en deze kan weerstaan. En ook om begeleid te worden bij zaken die hem kunnen beschermen om niet nogmaals verleid te worden, en hem te informeren over mogelijke afschrikmiddelen die hem kunnen weerhouden van het terugvallen in dezelfde fout.

Een andere specifieke toegestane reden voor iemand om de zonde te openbaren, is wanneer men dit doet om hiermee de Islamitische regelgeving te zoeken. Het bewijs hiervoor is het verhaal van de man die in de tijd van de Profeet, gedurende de maand Ramadan, overdag gemeenschap heeft gehad met zijn vrouw. De man ging en stelde de Profeet (vrede zij met hem) op de hoogte over wat hij gedaan had, zodat hij zou weten wat de regelgeving was hiervoor en wat hij zou moeten doen tegen deze zonde. De Profeet (vrede zij met hem) veroordeelde hem niet omdat hij hem hierover berichtte, en liet hem weten wat hij moest doen als boetedoening.

Het openbaren van de zonden en hierover opscheppen, moedigt anderen aan om dit ook te doen en de zondaars te imiteren. Achter het verbod op het openbaren van de gepleegde zondes zit een grote wijsheid. Allah, de Verhevene, weet dat dergelijke handelingen anderen in beweging brengt en hen motiveert om ook toe te geven aan hetzelfde kwaad. Het maakt het zondigen ook aantrekkelijker voor mensen; in hun ogen lijkt het iets moois. Daarom is het openbaren van iemands zonde zo gevaarlijk.

De islamitische geleerden hebben veel uitspraken gedaan over degenen die hun zonden openbaren aan anderen. Zoals dat het gebed achter deze mensen verafschuwd wordt (d.w.z. zulke mensen mogen het gezamenlijke gebed niet leiden). Sommige geleerden gingen zelfs zover dat ze zeiden dat men zijn gebed opnieuw moest verrichten, als hij had gebeden achter zo een persoon.

Ibn abie Zayd werd gevraagd of een zondaar de mensen voor kan gaan in het gezamenlijk gebed. Hij antwoordde: “Als hij iemand is die openlijk en aanhoudend zijn zonden openbaart aan anderen, dan mag hij dat niet.” Dit betekent dat hij niet de kans moet krijgen om het gebed te leiden vanaf het begin, en als hij al aan het leiden is, dan moet men ernaar streven om hem te verwijderen en te vervangen, omdat deze persoon niet geschikt is voor het leiderschap.

Aan de andere kant, als iemand per ongelijk zijn zonde openbaart, dan wordt hij vergeven omdat dit onbedoeld was. Imam Maalik werd hierover gevraagd en hij antwoordde: “Dit is iets wat iedereen (per ongeluk) kan overkomen, (maar) niets is vergelijkbaar met het kwaad van degene die voortdurend en openlijk zijn zonden blootstelt.”

Een kwestie die hieraan gerelateerd is, is die van het bezoeken van een persoon die ziek is. Het bezoeken van een zieke moslim wordt groots beloond door Allah, en het is een recht dat een moslim heeft tegenover andere moslims. Echter zeiden de islamitische geleerden over degene die zijn zonden openbaart: “Hij dient niet bezocht te worden, zodat dit (het vermijden van hem) aanleiding zal zijn voor hem om berouw te tonen voor dergelijk kwaad, en om anderen ervan te weerhouden om zulke daden te plegen wanneer zij zien hoe slecht hij is behandeld. Maar men kan hem wel bezoeken met de bedoeling hem te vermanen en te adviseren.”

Een andere regelgeving als het gaat om zulke personen is het verrichten van het dodengebed voor hem. De islamitische geleerden hebben verklaard dat men niet voor hem mag bidden, als afschrikmiddel voor anderen zodat zij niet zullen treden in zijn voetstappen.

Ibnoe Taymiyah heeft hierover gezegd: “Mensen moeten zich onthouden van het bidden voor een overledene die bekend stond als iemand die zijn zonden openlijk blootstelt aan anderen. Dit als middel om te voorkomen dat anderen zich net als hem zullen gedragen.” Alleen de gewone mensen dienen te bidden voor zulke personen, omdat hij nog altijd een moslim was. Maar mensen met godsvrees en kennis dienen hierbij afwezig te zijn.

Wat is de regelgeving over het kwaadspreken over zulke mensen en het onthullen van hun zonden? In het algemeen is het aanbevolen om de zonden van anderen te bedekken, omdat de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Wie een fout bedekt van een moslim, Allah zal zijn fout(en) bedekken op de Dag der Opstanding.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

De uitzondering op deze overlevering is alleen van toepassing op degene die zijn zonden openlijk pleegt, zoals de geleerden verklaarden. Dit is omdat het wordt aanbevolen voor anderen om hem bekend te maken aan andere mensen, zodat zij het contact met hem kunnen vermijden. Het bedekken van de fouten van een dergelijk persoon kan hem namelijk aanmoedigen om nog meer kwaad te plegen.

Met betrekking tot het roddelen over zulke mensen, zei Imam Ahmad: “Degene die openlijk zijn zonden openbaart aan anderen heeft geen bescherming tegen kwaadspreken (d.w.z. het is niet verboden om kwaad te spreken over hem).” Aan de andere kant zegt Imam an-Nawawie dat het alleen is toegestaan als het gaat om de zonden die hij (zelf) heeft blootgesteld aan anderen en niets anders. Dit zodat de mensen gewaarschuwd kunnen worden tegen hem.

Bovendien, als hij het erg vindt dat mensen hem boycotten, dan dient men hem inderdaad buiten te sluiten door niet met hem te praten, hem niet te bezoeken, niet te reageren op zijn begroeting met de Salaam, en ga zo maar door. Het onthullen van de zonden is namelijk een kwestie die erg serieus wordt genomen in de Islam.

Islamitisch gezien is men verplicht om in te gaan op een uitnodiging voor een huwelijksmaal, omdat de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Degene die niet ingaat op een uitnodiging voor een huwelijksmaal of deze niet eert, is ongehoorzaam aan Allah en Zijn Boodschapper.”

Toch is deze verplichting niet van toepassing op de uitnodiging van degenen die hun zonden openlijk blootstellen.

Volgend deel >>>