Zitting in de Ramadan – dag 16

4603

Sheikh Mohammed ibn Saalih al-ʿOethaymien

De zestiende zitting
“Regels omtrent de Zakaat (armenbelasting)”

Allah de Verhevene zegt (interpretatie van de betekenis):

“En zij werden uitsluitend opgedragen om niets anders dan (alleen) Allah te aanbidden, terwijl zij hun godsdienst (zuiver) aan Hem toewijden, als monotheïsten. En (zij werden opgedragen om) het gebed te onderhouden en de Zakaat af te dragen. En dat is de rechte godsdienst.”

(Soerat al-Bayyinah: 5)

Ook zegt Hij (interpretatie van de betekenis):

“En onderhoud het gebed en draag de Zakaat af, en geef Allah een goede lening. En al het goede wat jullie voor jezelf vooruit hebben gezonden, zullen jullie bij Allah aantreffen. Het is (dan) een betere en grotere Beloning (geworden). En vraag Allah om Zijn Vergiffenis. Waarlijk, Allah is Meest Vergevingsgezind, Meest Genadevol.”

(Soerat al-Moezammil: 20)

En Hij zegt (interpretatie van de betekenis):

“En wat jullie (elkaar) aan giften geven om (daarmee) een toename (van jullie bezit) te realiseren uit de bezittingen van mensen (d.w.z. dat zij jullie meer teruggeven dan zij hebben gekregen), het zal niet tot een toename leiden bij Allah. Maar wat jullie geven aan Zakaat, strevend naar het Gezicht van Allah, zij (die dit doen) zijn degenen van wie het (d.w.z. de beloning van de giften) toeneemt.”

(Soerat ar-Roem: 39)

Er zijn vele verzen die gaan over de verplichting van het betalen van Zakaat. Als het gaat om overleveringen hierover, dan vinden we een overlevering van ʿAbdoellaah Ibn ʿOmar waarin de Profeet (vrede zij met hem) zegt: “De Islam is gebouwd op vijf (zuilen): het getuigen dat niets of niemand het recht heeft aanbeden te worden, behalve Allah en dat Mohammed de Boodschapper is van Allah, het verrichten van het gebed, het betalen van de Zakaat, het verrichten van de Hadj (bedevaart) naar het (Heilige) Huis (in Mekka) en het vasten in (de maand) Ramadan.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Dus het afdragen van de Zakaat behoort tot de zuilen van de Islam. Wie deze verplichting ontkent terwijl hij weet dat het verplicht is, is hiermee ongelovig geworden en heeft de Islam verlaten. Wie gierig is in het uitgeven ervan, of erin tekortschiet (d.w.z. hij betaalt maar een deel van de Zakaat), behoort tot de onrechtplegers die in aanmerking kunnen komen voor de bestraffing.

De Zakaat is verplicht over vier zaken:

1.     Datgene wat uit de aarde wordt voortgebracht zoals gewassen. Dit vanwege de volgende Woorden van Allah (interpretatie van de betekenis):

“O jullie die geloven, geef uit van de goede dingen die jullie verworven hebben, en van dat wat Wij voor jullie uit de aarde hebben voortgebracht.”

(Soerat al-Baqarah: 267)

En ook vanwege dit vers (interpretatie van de betekenis):

“En geef het rechtmatige deel ervan uit op de dag van hun oogst.”

(Soerat al-Anʿaam: 141)

Eén van de grootste rechten van bezittingen (die een persoon moet vervullen) is de Zakaat. De Profeet (vrede zij met hem) zei: “Datgene wat met regenwater is bevloeid, een-tiende (wordt ervan uitgegeven voor de Zakaat). En datgene wat met an-Nadh (d.w.z. een irrigatiesysteem met bijvoorbeeld water uit de put of rivier) is bevloeid, de helft van een-tiende (oftewel een-twintigste).”

(al-Boekhaarie)

De Zakaat over hetgeen wat de aarde voortbrengt, is niet verplicht totdat het de Nisaab (d.w.z. het minimum waarover men Zakaat moet geven) bereikt. In dit geval is het vijf Awsoeq. Berekend naar kilo’s, komt dit neer op 612 kilogram. Dus de hoeveelheid Zakaat die wordt afgedragen is een-tiende over de gewassen die zonder moeite bevloeid zijn (dus met regen) en een-twintigste over de gewassen die met moeite zijn bevloeid.

En de Zakaat over groenten en fruit is niet verplicht, vanwege de uitspraak van ʿOmar: “Er rust geen Sadaqah (d.w.z. Zakaat) op groenten.” En de uitspraak van ʿAli: “Op appels en wat er op lijkt, rust er geen Sadaqah (d.w.z. Zakaat), want het is geen graan(soort) en geen dadel. Maar als zij in ruil voor geld verkocht worden, en één jaar is over de winst heen gegaan, dan rust hier (d.w.z. op de winst) Zakaat op.”

2.     Vee dieren zoals kamelen, koeien en schapen. De Zakaat over kamelen wordt uitgegeven bij een minimum (d.w.z. Nisaab) van vijf kamelen. Bij koeien zijn dat dertig koeien en bij schapen zijn dat er veertig. Hierbij wordt er nog onderscheid gemaakt tussen vee dieren die vrij (op het land) grazen en vee dieren die door hun eigenaar worden gevoed (met voedsel dat voor hen is gekocht). Bij de laatstgenoemde is de Zakaat niet verplicht, tenzij de vee dieren voor de handel worden gehouden. In dit geval vallen zij onder de categorie ‘handelsgoederen’ waarover de Zakaat wordt uitgegeven.

3.     Goud en zilver, ongeacht de staat waarin ze verkeren. Zo zegt Allah de Verhevene (interpretatie van de betekenis):

“En kondig degenen die goud en zilver oppotten en dit niet op de Weg van Allah uitgeven een pijnlijke Bestraffing aan. Op de Dag waarop dit (d.w.z. het goud en zilver) verhit zal worden in het Vuur van de Hel en hun voorhoofden, hun zijden en hun ruggen (hiermee) verbrand zullen worden. (En er tegen hen gezegd zal worden:) “Dit is wat jullie voor jezelf hebben opgepot. Proef dan wat jullie hebben opgepot.”

(Soerat at-Tawbah: 35)

Wat wordt bedoeld met oppotten, is het niet uitgeven (van de bezittingen) op de Weg van Allah. En de meest belangrijke uitgave op de Weg van Allah, is het uitgeven ervan middels (het betalen van) de Zakaat.

Van Aboe Hoerayrah is het overgeleverd dat de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Elke eigenaar van goud of zilver die hetgeen wat erop verschuldigd is (d.w.z. de Zakaat) niet betaalt, zal Op de Dag der Opstanding met platen verhit met het Vuur van de Hel verbrand worden op zijn voorhoofd, zijde en zijn rug. Telkens wanneer ze (d.w.z. de platen) afkoelen wordt het (proces) herhaald. (Dit gebeurt) op een Dag die 50.000 jaar telt, totdat (het Oordeel) onder de dienaren is besloten.”

(Moeslim)

Zakaat is verschuldigd op goud en zilver. Het maakt niet uit of het goud en zilver munten zijn, of sieraden zijn die worden gedragen, verhuurd, bewaard en dergelijke. Dit is zo vanwege de overlevering van ʿAbdoellaah ibn ʿAmr ibn ul-ʿAas dat een vrouw bij de Profeet (vrede zij met hem) kwam met haar dochter die twee dikke armbanden van goud droeg. De Profeet (vrede zij met hem) vroeg of zij Zakaat betaalde over de armbanden en zij antwoordde van niet. Vervolgens zei de Profeet (vrede zij met hem): “Zou jij willen dat Allah ze voor jou vervangt met armbanden van vuur op de Dag der Opstanding?” Zij verwijderde de armbanden, gaf ze aan de Profeet (vrede zij met hem) en zei: “Deze zijn voor Allah en Zijn Boodschapper.”

(Ahmad, Aboe Daawoed, an-Nasaa’ie, at-Tirmidhie)

Zakaat op goud is niet verplicht tot het de Nisaab bereikt van twintig dinar (85 gram goud). De Profeet (vrede zij met hem) zei over goud: “Er rust niets op jou (d.w.z. je hoeft geen Zakaat te betalen), totdat je over twintig dinar (d.w.z. 85 gram goud) beschikt.”

(Aboe Daawoed)

Zakaat op zilver is niet verplicht totdat het de Nisaab bereikt van vijf Awaaq. Dit komt neer op 595 gram zilver.

Zakaat wordt ook over (cash) geld betaald, omdat het de plaats inneemt van goud en zilver. Dus als jouw geldbezittingen de (waarde van de) Nisaab van zilver bereiken, dan ben je verplicht om Zakaat erover te betalen. Zakaat is dus verplicht over geld, goud en zilver.

4.     Handelsgoederen. Zakaat is verplicht over alles wat met de intentie van handel wordt gehouden en om geld ermee te verdienen; dus handelsgoederen. Dit kan variëren van dieren tot auto’s, van voedsel tot drinken. De persoon dient een schatting te maken van de waarde van zijn handelsgoederen als ze een jaar in zijn bezit zijn, en vervolgens 2,5% Zakaat over de waarde te betalen. En het maakt niet uit of de waarde meer of minder is dan de inkoopwaarde van zijn handelsgoederen.

Er wordt geen Zakaat betaald over goederen/bezittingen die een persoon voor zichzelf gebruikt zoals voedsel, drinken, huis, auto, kleren en gouden en zilveren sieraden die worden gedragen. Dit is zo vanwege de uitspraak van de Profeet (vrede zij met hem): “Er rust geen Zakaat op een slaaf of paard die aan een moslim toebehoort.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Er rust ook geen Zakaat op goederen die worden verhuurd zoals verhuurde vastgoed, auto’s en dergelijke. De Zakaat wordt alleen betaald over de huuropbrengsten wanneer ze de Nisaab hebben bereikt en een (Islamitische) jaar over deze opbrengsten heen gaat.

Gebaseerd op het werk Madjaalis Shahr Ramadaan