Gegevens moslims vijf jaar opgeslagen

3680

Overheden hebben nieuwe afspraken gemaakt over de aanpak van radicalisering en willen daarvoor gevoelige gegevens vijf jaar opslaan.

Overheidsinstanties gaan privacygevoelige gegevens over vermeende radicale moslims gedurende vijf jaar opslaan. Dit komt naar voren uit nieuwe afspraken die overheden hebben gemaakt over de aanpak van radicalisering. De opslag van de gegevens is niet onomstreden. Het gaat namelijk veelal om personen die geen strafbare feiten hebben gepleegd.

Justitie, politie, gemeenten, reclassering en zorgverleners wisselen informatie uit over veronderstelde geradicaliseerde moslims. Het kan gaan over iemands strafblad tot aan een melding van een jongerenwerker over de radicale denkbeelden van een jongere. Deze informatie wordt gebruikt om een inschatting te maken of een persoon potentieel gevaarlijk is en om te komen tot een gezamenlijke aanpak. De opslag van deze informatie staat op gespannen voet met privacywetgeving. Overheidsinstanties hebben nu in een convenant afgesproken dat zij de informatie vijf jaar lang gaan opslaan. Dit gebeurt reeds met politiegegevens.

Deze bewaartermijn is volgens de overheden „noodzakelijk” omdat het tempo waarin mensen radicaliseren verschilt. Iemand die nu radicaliseert, kan pas over een paar jaar gewelddadig worden. De overheid wil op dat moment kunnen beschikken over informatie die al eerder over zo iemand is verzameld. Zo blijkt uit het convenant.

Volgens Quirine Eijkman, lector terrorisme en recht aan de Hogeschool Utrecht en Universiteit Leiden, is het langdurig opslaan van dergelijke gegevens „een ernstige inbreuk op de privacy van mensen”. Eijkman benadrukt dat het gegevens betreft van mensen die vooralsnog onschuldig zijn. „Op het moment dat wordt vermoed dat jij extremist bent, worden er allerlei gegevens over jou vastgelegd en geruime tijd bewaard. Dat is een disproportionele maatregel, met name omdat heel lastig is in te schatten wanneer een radicaal persoon nu echt een risico vormt.”

Volgens het ministerie van Veiligheid en Justitie is het opslaan van de informatie in overeenstemming met de privacywetgeving, die „geen concrete bewaartermijn” zou voorschrijven. „Organisaties bepalen zelf hoe lang zij persoonsgegevens bewaren”, aldus een woordvoerder.

De Autoriteit Persoonsgegevens laat weten op de hoogte te zijn van het bestaan van het nieuwe convenant, maar heeft de inhoud ervan nog niet getoetst. „Verwerkingen van persoonsgegevens en koppelingen van databestanden hebben uiteraard onze aandacht”, zo zegt een woordvoerder van de privacywaakhond.

Bron: NRC.nl

Team al-Yaqeen
3 augustus 2017