Hoofddoek en afkomst reden afwijzing voor werk

2828

Meisjes met een hoofddoek en jongens met een Marokkaanse achtergrond kennen moeilijkheden om een stageplek te vinden. Dit komt naar voren uit onderzoek van het Kennisplatform Integratie en Samenleving van het Verwey-Jonker Instituut naar stages in het middelbaar beroepsonderwijs (MBO).

Discriminatie komt vooral voor bij kleine en middelgrote bedrijven in de detailhandel (modebranche), horeca, administratie en techniek. Er komen veel minder klachten over de zorg- en welzijnssector.

In totaal zijn er 120 mensen ondervraagd; leerlingen, stagebegeleiders van scholen en werkgevers. De onderzoekers benadrukken dat het een verkennend onderzoek is en dat uitgebreider onderzoek noodzakelijk is.

Het opdoen van ervaring is een belangrijk en verplicht onderdeel van het beroepsonderwijs. Zonder de verplichte stage kan de opleiding niet worden afgerond. Afhankelijk van het niveau moeten de leerlingen zelf een stageplek regelen.

Bij het zoeken naar een stage wordt door schoolbegeleiders en leerlingen zelf al rekening gehouden met mogelijke discriminatie. Om problemen te voorkomen wordt bij voorbaat mogelijke discriminatie vermeden.

"Allochtone studenten worden in verhouding vaker geplaatst bij de overheid of bij etnische ondernemers", aldus onderzoekster Eva Klooster van het Verwey Jonker Instituut in het NOS Radio 1 Journaal. "Het lijkt er dus op, maar dat moet nog onderzocht worden, dat zij een andere route of carrière hebben."

Ook scholieren kiezen zelf liever niet voor een stage bij een bedrijf waarvan het verhaal gaat dat er gediscrimineerd wordt. Bovendien willen stagebureaus geen conflict aangaan met leerwerkbedrijven, omdat die toch al niet ruim voorradig zijn en ze willen zo'n bedrijf niet kwijtraken.

Risico-inschatting

Uiterlijk speelt een belangrijke rol bij de selectie van stagiairs. "Meiden die een hoofddoek dragen blijken minder gewenst voor functies met veel klantcontacten, omdat vooral commerciële bedrijven zeggen dat een hoofddoek niet aansluit bij de uitstraling van het bedrijf", zo zegt Klooster. Dit komt naar voren uit de antwoorden van verschillende stagebegeleiders.

Jongens met Marokkaanse wortels hebben meer moeite met het vinden van een stageplek dan andere jongens. Ondernemers maken een risico-inschatting bij het aannemen van stagiairs. Risicovol is iemand waarvan men de verwachting heeft dat hij of zij vaker verzuimt.

Maar ook maken de ondernemers van te voren een inschatting of iemand betrouwbaar is. Zo hebben zij soms slechte ervaringen met jongens uit deze groep. De ondernemers klagen over diefstal en te laat komen.

Om problemen bij het vinden van een stageplek voor te zijn, zoeken scholen ondernemers die zelf ook een andere etnische achtergrond hebben. Een stage blijkt daar voor hen vaak makkelijker te regelen. Bovendien vinden die bedrijven het ook prettig om een stagiair in dienst te nemen die bijvoorbeeld een vreemde taal spreekt.

Frustraties

Het komt niet alleen door discriminatie waardoor allochtone jongeren moeilijk een stage vinden. Het heeft ook te maken met verkeerde verwachtingen. Een opleiding waar je kunt leren om apps te bouwen is bijvoorbeeld populair bij niet-westerse jongens. Echter zijn het aantal stageplekken en banen in deze sector schaars.

Aanpakken

Volgens de onderzoekers moet er veel meer aandacht gevestigd worden op de bemiddelende rol van het onderwijs. "Er wordt om discriminatie heen gewerkt. Het wordt niet besproken", aldus Klooster. "Onderwijscollega's die er wel iets aan willen doen, doen er vaak iets aan in een individueel traject. Terwijl het meer een onderdeel zou moeten zijn van wat scholen doen aan het verbeteren van stagekansen. En ook moet er gekeken worden naar de kwaliteit van de stages."

Verder adviseren de onderzoekers discriminatie bij leerbedrijven streng aan te pakken.

Bron: NOS.nl

Team al-Yaqeen
21 maart 2016