Elke vrijdagmiddag verandert een parkeerterrein in Gurgaon, een welvarende voorstad van de Indiase hoofdstad New Delhi, in een religieus strijdtoneel. Moslims komen er samen om in de openlucht te bidden en radicale hindoes willen dit juist beletten door intimidatie, gejoel, geduw en getrek.
Gurgaon is een snelgroeiende satellietstad van New Delhi, met 1,5 miljoen inwoners, internationale bedrijven, torenflats en middenklassewijken. Daarnaast wonen er honderdduizenden arme moslims, die veelal werkzaam zijn in de bouw of de dienstverlening. Maar terwijl Gurgaon (officieel Gurugram) wemelt van de tempels voor hindoes en sikhs, zijn er bijna geen moskeeën. De 13 die er zijn liggen ver weg in de periferie, en in het centrum is er maar één.
Noodgedwongen
Pogingen om meer moskeeën te bouwen, zelfs op privaat land, stuiten al 20 jaar op onwil van de autoriteiten en omwonenden. Hierdoor verrichten moslims in Gurgaon het gebed noodgedwongen op straat. Onder meer op parkeerterreinen, braakliggende grond en langs snelwegen. Veelal met officiële toestemming. ‘We bidden noodgedwongen in de openlucht, niet uit vrije keus’, aldus Ataf Ahmad van de Moslimraad van Gurgaon tegen Al Jazeera.
Desondanks stuit dit tegen het zere been van radicale hindoes, aanhangers van de hindoenationalistische BJP van premier Narendra Modi. Zij ageren al drie maanden tegen het gebruik door moslims van publieke ruimtes voor het vrijdaggebed. Rond het aanbreken van de gebedstijd verzamelen zij zich bij de locaties, vallen gelovigen lastig, schelden ze uit voor jihadisten en Pakistanen, zingen hindoe-chants door de gebeden heen en gooien met koeienmest. Ook zijn zij steeds vaker bewapend met stokken en bijlen. De oproerpolitie kijkt toe.
Volgens de radicalen – veelal werkloze jonge mannen, verenigd in de Sanyukt Hindu Sangharsh Samiti (Verenigd Hindoe Strijdcomité) – mogen moslims bidden in hun moskeeën en desnoods op eigen land, maar niet op openbaar terrein. Dan is het ‘land jihad’, zo beweren zij, een verwijzing naar ‘love jihad’. Dit is een radicale complottheorie die stelt dat moslimmannen doelbewust hindoemeisjes verleiden en bekeren om zo de islam te verspreiden.
Samenzwering
‘Het gebed doen in het openbaar is land jihad’, aldus hindoeactivist Dinesh Bharti, zo citeert The Guardian. ‘Het is een internationale samenzwering. Ze doen het gebed in de openlucht, bouwen dan een heiligdom, daarna een moskee, en gaan dan terroristen en wapens verbergen. Ze zijn een bedreiging voor de natie. Ik staak mijn strijd pas als dit illegaal wordt verklaard’, aldus Bharti toen hij in Gurgaon wegens ordeverstoring werd gearresteerd.
Desalniettemin laten de autoriteiten hun oren steeds meer naar de relschoppers hangen. Het merendeel van de openbare bidlocaties voor moslims in Gurgaon is inmidds al gesloten. En vorige week sprak Manohar Lal Khattar, BJP-premier van Haryana (de deelstaat waarin Gurgaon ligt) zich uit tegen de gebedsplaatsen. De regering-Modi had al een voorzet gegeven: minister van Binnenlandse Zaken Amit Shah kwalificeerde het gedogen van bidlocaties onlangs als appeasement-politiek – hoewel hindoes te pas en te onpas festivals op publiek land houden.
‘Het vrijdaggebed duurt nog geen half uur, en het is het enige moment – afgezien van festivals – dat we bij gebrek aan moskeeën ruimte nodig hebben’, zei Shehzad Khan van liefdadigheidsgroep Muslim Ekta Manch. ‘Openbare ruimtes zijn er voor iedereen, en wij bidden al meer dan tien jaar op deze manier zonder iemand lastig te vallen. Als religieuze activiteiten niet zijn toegestaan, moeten de autoriteiten hindoeactiviteiten ook verbieden.’
Alle religies
Het formeel seculiere India biedt ruimte aan alle religies. En blijkens opiniepeilingen vinden de meeste mensen nog steeds dat een ware Indiër alle geloven respecteert. Sommige hindoes in Gurgaon schoten de benarde moslims te hulp. Een zakenman stelde zijn winkel open voor het gebed, en zo ook enige gurdwara’s (Sikh-tempels), maar die werden vervolgens zo belaagd dat ze dit besluit al snel moesten terugdraaien.
De strijd om de gebedsplaatsen in Gurgaon staat niet op zichzelf. Sinds Modi en zijn BJP vanaf 2014 India (en steeds meer deelstaten) regeren worden ze ervan beticht verschillen tussen hindoes en moslims (en andere minderheden) op te stoken. Ook elders in India zijn botsingen. Zo werden in Assam en Tripura moskeeën belaagd, en in Gujarat moslim-straatventers van niet-vegetarische snacks (zogenaamd omdat ze niet hygiënisch zouden werken). En overal ageren activisten tegen het ‘illegaal’ slachten van koeien door (vooral islamitische) slagers.
De moslims van Gurgaon zeggen dat ze hun geïmproviseerde gebedslocaties zullen opgeven zodra ze moskeeën mogen bouwen. Voor hen gaat het om meer dan het recht op de publieke ruimte, het is een strijd voor de vrijheid van godsdienst en tegen discriminatie. In de woorden van imam Khan: ‘Moslims zijn net zo goed burgers van India als hindoes. Ook onze voorouders hebben grote offers gebracht voor dit land.’
Bron: Volkskrant.nl
Team al-Yaqeen