Vraag:
Wat is uw mening inzake al-Imtihaan (het vaststellen van iemands loyaliteit afgaande op zijn mening betreffende een persoon)? En wat vindt u van de verplichting die opgedrongen wordt aan Islamitische studenten om de weerleggingen van geleerden op anderen aan te nemen?
Antwoord:
Deze vraag vereist een gedetailleerd antwoord. Indien de desbetreffende persoon bekend staat als een voorman van een stroming die door alle geleerden van Ahl us-Soennah als afgedwaald wordt aangemerkt, dan dient de moslim zich neer te leggen bij de mening van de geleerden, anders treedt hij buiten de oevers van Ahl us-Soennah. Dit geldt natuurlijk alleen voor degenen die kennis van zaken hebben.
Behoort de persoon in kwestie echter tot Ahl us-Soennah en zijn er fouten bij hem opgemerkt die hem volgens sommige geleerden niet buiten Ahl us-Soennah doen treden, dan kan men degene die niet overtuigd is, of een andere mening is toebedeeld, niet verplichten om zich aan deze uitspraak te onderwerpen.
Hij die meent dat eenieder hiertoe verplicht is, heeft zich hiermee tegen Allah en zijn Boodschapper gekeerd. De onbetwiste waarheid en trouw komen slechts toe aan de Profeet (vrede zij met hem). Zo werd Ibn cAbbaas (moge Allah weltevreden met hem zijn) eens gevraagd: “Bevind jij je op het geloof van cAli of op het geloof van cOethmaan?”, waarop hij antwoordde: “Ik bevind mij op het geloof van de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem).”
Dit gedrag is juist aanleiding geweest voor de joden en christenen om van het rechte Pad af te dwalen. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):
“En de joden zeiden: ,,De christenen hebben geen grondslag (voor hun beweringen)." En de christenen zeiden: ,,De joden hebben geen grondslag terwijl zij het schrift voorlezen. Zo spreken degenen die niet weten hetzelfde woord als zij. Allah zal tussen hen oordelen op de Dag des Oordeels inzake hetgeen zij van mening over verschillen.”
(Soerat al-Baqarah: 117)
Sheich cAbdoellah Al cOebailaan