Drie keer ineens de scheiding uitspreken bij last van Waswaas

13494

Vraag:

Een getrouwde jonge broeder is getroffen door een ziekte die lijkt op bezetenheid. Hij maakt zich altijd zorgen en heeft veel last van influisteringen van de shaitan. Jammer genoeg leeft hij tussen een familie die gelooft in astrologie en bijgeloof. Zij adviseren hem dan ook om van zijn vrouw te scheiden, omdat zij volgens hen de reden is van wat hem heeft getroffen. Volgens zijn familieleden brengt de astrologie van zijn vrouw ongelukken met zich mee en zijn ziekte zal niet genezen totdat hij van haar zal scheiden. Hopend op genezing heeft hij de scheiding drie keer uitgesproken zonder dat hij iemand hiervan op de hoogte heeft gesteld. Zelfs zijn vrouw was hier niet van op de hoogte, hij was namelijk bang dat ze weg zou gaan en niet meer zou terugkomen. Ondertussen heeft zijn echtgenote een kindje ter wereld gebracht.

Deze broeder heeft navraag gedaan over deze kwestie. Er is hem gezegd dat de zijn vrouw de cIddah dient te vervullen nadat hij het aan haar heeft verteld, aansluitend daarop kon hij haar weer terug vragen. Er zijn nu vier jaar verstreken en hij heeft inmiddels iemand anders over deze kwestie gevraagd. Deze persoon heeft hem verteld dat hij niet hoeft te scheiden en dat er ook geen cIddah hoeft plaatst te vinden. Hij dient echter wel berouw te tonen tegenover Allah.

Kunnen jullie advies geven met betrekking tot de situatie die zich heeft voorgedaan? De echtgenote is namelijk nog steeds bij hem en zijn gezondheidssituatie is nog steeds hetzelfde. En wat is jullie advies aan degenen die geloven dat gezondheid en welzijn te maken hebben met de genoemde praktijken? Ik hoop ook dat jullie advies kunnen geven aan degenen die Fataawa uitvaardigen zonder enige kennis.

Antwoord:

Alle lof zij Allah, vrede en zegegingen zij met de Boodschapper van Allah en met zijn familie en metgezellen en allen die in zijn voetsporen treden.

Het geloven in astrologie is een kwalijke zaak. Astrologie is namelijk een vertakking van tovenarij. De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Wie een vorm van astrologie instrueert heeft een vertakking van tovenarij geïnstrueerd.”

(Aboe Daawoed)

Astrologie is op basis van consensus verboden verklaard door bezitters van kennis. Astrologie houdt in dat men gelooft dat sterren invloed hebben op gebeurtenissen, gezondheid, ziekte, armoede, rijkdom en dergelijke. Dit behoort tot de illusies van de astrologen. Allah heeft de sterren geschapen ter versiering van de hemelen, om de duivels ermee te stenigen en als herkenningstekens voor degene die geleid wil worden, zowel op land als op zee. Astrologie heeft dus geen enkele invloed op zaken die te maken hebben met gebeurtenissen, gezondheid, ziekte, rijkdom, armoede, neerslag van regen of iets dergelijks. Het zijn slechts illusies van astrologen die geen enkele uitganspunt hebben.

Het is voor een moslim daarom niet toegestaan om een astroloog te bezoeken of hem te vragen. Dit geldt ook voor waarzeggers (die gebruik maken van zand), kwakzalvers en zogenaamde helderzienden. Zij beweren dat zij het ongeziene kennen door deze zaken. Men dient deze mensen te vermijden en ze aan te pakken en te verslaan door ze aan te geven bij de autoriteiten (heersers en instanties van een Islamitisch land). Dit om anderen veilig te stellen van hun kwaad en misleidingen.

Het is dus niet toegestaan om hun te vragen, noch in hen te geloven. De Profeet (vrede zij met hem) heeft immers over deze mensen gezegd: “Wie naar een helderziende gaat en hem om iets vraagt: het gebed wordt van hem voor veertig dagen niet geaccepteerd.”

(Moeslim)

Tot de helderzienden behoren; astrologen, waarzeggers die zand gebruiken als hulpmiddel, kwakzalvers en alle anderen die beweren kennis te hebben van het ongeziene. Deze zogenaamde helderzienden streven manieren na die duivels en verdorven zijn zoals astrologie, het gooien van steentjes en dergelijke.

De Profeet (vrede zij met hem) zei: “Wie naar een helderziende of waarzegger gaat en vervolgens gelooft in datgene wat hij zegt: hij gelooft waarlijk niet in datgene wat aan Mohammed is geopenbaard.”

(at-Tirmidhie)

De kennisgeving van deze waarzeggers is vals. Het is niet toegestaan om hun te vragen, noch in hen te geloven. Degene die zich hieraan schuldig heeft gemaakt dient berouw te tonen, zijn vertrouwen op Allah te stellen en spijt te betuigen van wat geweest is en niet meer terug te keren naar die zonde.

Wat betreft deze man die de echtscheiding heeft uitgesproken terwijl hij niet bij zinnen was; de scheiding is hier daadwerkelijk uitgesproken. Deze scheiding geldt echter als één scheiding. Dit is namelijk de meest correcte uitspraak van de geleerden. De geleerden zijn van mening dat als men in één uitlating drievoudig de scheiding heeft uitgesproken, zowel mondeling als schriftelijk, dit dan geldt als één scheiding. Dit is tevens wat bevestigd is over de Profeet (vrede zij met hem) in een overlevering van Ibn cAbbaas.

Ibn cAbbaas verhaalt dat het drievoudig uitspreken van de scheiding in de tijd van de Profeet (vrede zij met hem) gold als één scheiding. Dit was ook het geval in de tijd van Aboe Bakr en in de eerste periode van het kalifaatschap van cOmar ibn ul-Khattaab. Vervolgens heeft cOmar ibn ul-Khattaab besloten om deze bindend voor hen te maken (d.w.z. het nemen van de tijd). Hij heeft gezegd: “Mensen zijn haastig geworden in een zaak waarvoor zij de tijd zouden moeten nemen. Ik denk eraan om hen hieraan te houden.”

In de tijd van de Profeet (vrede zij met hem) werd de drievoudige scheiding geteld als één echtscheiding. Ibn cAbbaas zei: “Als het verstand van deze persoon niet optimaal is naar aanleiding van wat zich heeft afgespeeld en de betrouwbare mensen in zijn omgeving weten dat het een zwakzinnige betreft, dan telt dit niet als één echtscheiding. Als zijn verstand echter optimaal is en de ziekte heeft geen impact op zijn verstand, dan geldt deze scheiding wel. Bovendien is het zijn fout als zijn echtgenote niet meer terugkeert naar hem.”

Indien de echtgenoot geslachtsgemeenschap met zijn echtgenote heeft gehad, betekent dit dat hij haar terugneemt. Wanneer hij bij het hebben van geslachtsgemeenschap met haar als doel heeft dat hij haar terugneemt, dan dient hij dit volgens de correcte manier te doen en dit volstaat door het nemen van de intentie. Het hebben van geslachtsgemeenschap zonder intentie is een kwestie waarover de geleerden een meningsverschil hebben. Wellicht is hetgeen dat juist is dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan een zonde (door geslachtsgemeenschap te hebben met zijn echtgenoot zonder dat hij kennis hierover heeft dat het verboden is). Hij heeft haar dan teruggenomen door geslachtsgemeenschap met haar te hebben, terwijl zij zwanger was. Zij is dan zijn echtgenote en haar wachtperiode is dan verstreken. Deze scheiding wordt de eerste scheiding genoemd en hij heeft haar teruggenomen door geslachtsgemeenschap met haar te hebben.

Indien hij geen geslachtsgemeenschap met haar heeft gehad en haar ook niet heeft gebeld, dan is haar wachtperiode verstreken en is haar scheiding afgelopen. Het is dan voor hem toegestaan om haar weer ten huwelijk te vragen en een nieuwe bruidsschat aan te bieden, net als iemand die (voor de eerste keer) de hand van een vrouw vraagt en net zoals een buitenstaander die dit doet. Als zij hem dan accepteert, dan trouwt hij opnieuw met haar met een nieuwe bruidsschat. Dit vanwege de wachtperiode die verstreken is en het kindje dat zij ter wereld heeft gebracht. Dit geldt dus als hij geen geslachtsgemeenschap heeft gehad met haar nadat ze zijn gescheiden.

Indien hij wel geslachtsgemeenschap met haar heeft gehad nadat hij de scheiding heeft uitgesproken, dan is zij teruggekeerd naar hem en dient ze bij hem te blijven. Hij heeft in dit geval nog twee scheidingen over en heeft één scheiding uitgesproken (mits hij nooit eerder van haar is gescheiden). Wij vragen Allah ons allen te leiden.

Degenen die een Fatwa hebben uitgevaardigd door te zeggen dat de echtscheiding niet van toepassing is op jou hebben het bij het verkeerde einde. Tenzij het verstand van deze man niet helemaal in orde is. Als zijn verstand niet in orde is, zoals bij een krankzinnige, dan geldt de scheiding niet. De manier van vragen door de vraagsteller getuigt van verstandigheid. Zijn vraag is namelijk nauwkeurig beschreven. Als deze vraag afkomstig is van de persoon in kwestie, dan duidt dit op het feit dat zijn verstand in evenwicht is. Als de geformuleerde vraag echter afkomstig is van een andere persoon, dan dienen betrouwbare en ervaren personen in de kenniskring van de persoon in kwestie erachter zien te komen of hij geestelijk in orde is en of hij exact weet wat hij zegt. Als zijn uitspraken en daden op krankzinnigheid duiden, net zoals bij gekken, geestelijk beperkten en dronkenlappen, dan telt de scheiding van zo'n persoon niet.

Wij adviseren daarom alle studenten van kennis en de mensen die gevraagd worden over bepaalde zaken om Allah te vrezen en slechts Fataawa uit te vaardigen met kennis. Het spreken over Allah zonder kennis is één van de grote zondes en misleidingen. Allah heeft deze zaak zelfs boven Shirk geplaatst. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“Zeg: “Mijn Heer heeft slechts de zedeloosheden verboden, wat er openlijk van is en wat er verborgen van is; en de zonde; en de overtreding zonder recht; en dat jullie Allah deelgenoten toekennen, waarvoor Hij geen bewijs heeft neergezonden en dat jullie over Allah zeggen wat jullie niet weten.”

(Soerat al-Acraaf: 33)

Het spreken over Allah zonder kennis heeft Allah hoger dan Shirk geplaatst, omdat dit een grootse en gevaarlijke zaak betreft. Allah, de Verhevene, heeft in Zijn Verzen te kennen gegeven dat dit een zaak is van de duivel. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):

“O mensen, eet van wat op de aarde is het goede toegestane, en volg niet de voetstappen van de Satan. Voorwaar, hij is voor jullie een duidelijke vijand. Voorwaar, hij roept jullie op tot het kwade en zedeloosheid en (wil) dat jullie over Allah zeggen wat jullie niet weten.”

(Soerat al-Baqarah: 168-169)

Allah heeft het spreken over Hem zonder kennis gekenmerkt als het opvolgen van de bevelen van de Shaytaan. Wij vragen Allah om ons te behoeden hiervoor.

Een gelovige dient hiervoor op te passen en slechts te spreken met kennis en bewijs. Ook dient hij de Wetten van Allah te kennen met het bewijs. Men dient dus te spreken met: Allah heeft gezegd, de Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd of de consensus van de geleerden is… Men dient dus alleen een Fatwa uit te vaardigen als hij over inzicht, kennis en verduidelijkingen beschikt. Hij dient dus op te passen voor de gevolgen hiervoor. De gevolgen van het spreken over Allah zijn namelijk ernstig. Wij vragen Allah om ons te behoeden hiervoor.

Sheikh cAbdoel-cAziez ibnoe Baaz (Fatawaa Noer cala ad-Darb boekdeel 2, blz. 160-168)