Vraag:
Wat zijn de rechten van broers, zussen en ouders?
Antwoord:
Alle lof zij Allah.
Broers en zussen behoren tot de verwanten over wie de Islam ons gebiedt de banden te onderhouden. De Boodschapper van Allah zegt: "Allah zegt: "Ik ben ar-Rahmaan (de Meest Barmhartige) en deze Rahm (band van verwantschap) heeft een naam die afgeleid is van Mijn Naam. Degene die dit onderhoudt; Ik zal voor hem zorgen. En degene die het verbreekt; Ik zal Mij van hem afwenden."
(at-Thirmidhie, Aboe Daawoed;
Sahieh verklaard door Sheikh al-Albaanie in as-Silsilat us-Sahiehah)
En de Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd: "Wie zijn levensduur wilt verlengen en zijn welvaart wilt laten toenemen, laat hem dan zijn familiebanden onderhouden."
(al-Boekhaarie en Moeslim)
Behalve dat hun rechten sterker zijn ten opzichte van andere moslims, behoort dat je ze groet met de Salaam wanneer je hen ontmoet, dat je de uitnodiging accepteert wanneer zij je uitnodigen, dat je 'Yarhamoekoemoellaah (Moge Allah jullie genadig zijn) tegen hen zegt wanneer zij niezen, dat je hen bezoekt wanneer zij ziek zijn, dat je hun begrafenis bijwoont wanneer zij komen te overlijden, dat je met ze meegaat wanneer zij zweren dat je iets moet doen, dat je ze oprecht adviseert wanneer zij jou vragen om advies, dat jij geen kwaad spreekt over hen in hun afwezigheid, dat je ze toewenst wat je voor jezelf wenst en dat je voor hen haat wat je voor jezelf haat. Dit is allemaal overgeleverd in de geclassificeerde overleveringen.
Tot hun rechten behoren ook dat je geen van hen schade zult berokkenen; niet in woorden en ook niet in daden. De Profeet (vrede zij met hem) zei: "De moslim is degene voor wiens tong en hand de moslims veilig zijn."
(al-Boekhaarie en Moeslim)
En hij (vrede zij met hem) zei in een langere overlevering waarin hij tot een aantal deugden heeft aangespoord: "Als jij dit niet kunt doen, laat de mensen dan (en beledig ze niet). Dit is een daad van liefdadigheid tegenover jezelf."
(al-Boekhaarie en Moeslim)
En Allah weet het het beste.
Islamqa.com