Het bereiken van ware monotheïsme

4176

Vraag:

Hoe kan een persoon de Tawhied (monotheïsme) of het ware geloof in de Eenheid van Allah bereiken?

Antwoord:

Alle lof zij Allah en vrede en zegeningen zij met de Boodschapper van Allah.

Je vraagt hier – moge Allah je zegenen – naar een belangrijke kwestie die praktisch haalbaar is voor iedereen voor wie Allah het gemakkelijk heeft gemaakt. We vragen Allah om al het goede gemakkelijk te maken voor ons en voor onze moslimbroeders.

Opgemerkt moet worden dat het bereiken van Tawhied of het ware geloof in de Eenheid van Allah alleen gedaan kan worden door waarlijk te getuigen dat er geen god is dan Allah en dat Mohammed de Boodschapper van Allah is. En het bereiken hiervan kent twee gradaties; een verplichte gradatie en een aanbevolen gradatie.

De verplichte gradatie wordt bereikt middels drie zaken:

  1. Het opgeven van Shirk (deelgenoten toekennen aan Allah) in al zijn vormen; groot, klein en verborgen.
  2. Het opgeven van Bidcah (innovatie) in al zijn vormen.
  3. Het opgeven van de zonde in al haar vormen.

De aanbevolen gradatie is het niveau waarin mensen sterk kunnen verschillen, namelijk dat het hart van een persoon zich aan niets of niemand anders dan Allah hecht, zodat het hart volledig gewijd is aan Allah en geen aandacht zal besteden aan iets of iemand anders. Hij spreekt enkel en alleen omwille van Allah, zijn daden en handelingen zijn allemaal voor Allah en al zijn gedachten zijn gericht op Allah, de Verhevene. Sommige geleerden beschreven deze gradatie als: “Het opgeven van iets dat toegestaan is, om iets wat verboden is te voorkomen. Dat omvat de daden van het hart, de tong en de fysieke vermogens.”

Om deze twee gradaties te bereiken, zijn de volgende zaken van essentieel belang:

  1. Kennis. Hoe kan men anders Tawhied of het ware geloof in de Eenheid van Allah bereiken en ernaar handelen als hij er geen kennis over heeft of het begrijpt? Elke verantwoordelijke volwassene dient kennis op te doen over de Eenheid van Allah zodat zijn opvattingen, woorden en daden correct zullen zijn. En alles wat er dan bij komt kijken is extra.
  2. Stevig, zeker en diepgeworteld geloven in datgene wat is overgeleverd van Allah en Zijn Profeet (vrede zij met hem) aan overleveringen en woorden.
  3. Gehoorzaamheid aan de Bevelen van Allah en Zijn Boodschapper (vrede zij met hem) door te doen wat bevolen wordt en het verbodene te vermijden.

Hoe meer een persoon deze zaken bereikt, hoe sterker zijn Tawhied wordt en des te groter zijn beloning zal zijn.

Onze Boodschapper (vrede zij met hem) heeft ons uitgelegd dat degene die het hoogste niveau van Tawhied bereikt zal behoren tot de 70.000 die het Paradijs zullen betreden zonder Rekenschap te moeten afleggen. We vragen Allah om Zijn Gunsten.

Ibn cAbbaas heeft gezegd: “De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “De naties werden aan mij getoond, en ik zag een Profeet met een groep mannen, een Profeet met één of twee mannen en een Profeet met helemaal niemand. Toen werd mij een enorme menigte getoond en ik dacht dat het mijn gemeenschap (Oemmah) was. Maar er werd tegen mij gezegd: “Dit is Moesa en zijn natie. Maar kijk naar de horizon.” Ik keek, en er was een grote menigte. Daarna werd er tegen mij gezegd: “Kijk naar de andere horizon”, en daar was een (andere) grote menigte. Er werd mij verteld: “Dit is jouw gemeenschap, en onder hen bevinden zich zeventigduizend die het Paradijs zullen binnentreden zonder dat zij ter verantwoording worden geroepen of gestraft.”

Toen stond hij (vrede zij met hem) op en ging naar zijn huis. En de mensen begonnen te speculeren over degenen die het Paradijs zullen binnentreden zonder dat zij ter verantwoording worden geroepen of gestraft. Sommigen van hen zeiden: “Misschien zijn het degenen die de Boodschapper van Allah vergezellen.” Anderen zeiden: “Wellicht zijn het degenen die als moslim zijn geboren en Allah geen deelgenoten hebben toegekend.” En ze noemden een aantal mogelijkheden. Vervolgens kwam de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) naar buiten en zei: “Wat zijn jullie aan het bespreken?” Zij lichtten hem in, waarna hij (vrede zij met hem) zei: “Zij zijn degenen die geen Roeqya hebben verricht of aan anderen vragen om dat te doen, en niet geloofden in voortekenen, en geen gebruik maakten van brandmerken, en zij stelden hun vertrouwen volledig in hun Heer.” cOekaashah ibn Mihsaan stond op en zei: “Bid tot Allah dat ik één van hen zal zijn.” Hij (vrede zij met hem) zei: “Je zult één van hen zijn.” Toen stond er een andere man op en zei: “Bid tot Allah dat ik één van hen zal zijn.” Waarna hij (vrede zij met hem) zei: cOekaashah is jou voor geweest.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

De zinsnede: “die geen Roeqya hebben verricht of aan anderen vragen om dat te doen” betekent dat zij anderen niet hebben gevraagd om Roeqya bij hen te verrichten. Hoewel het vragen aan iemand om Roeqya te doen toegestaan is, is het in strijd met dat wat beter is.

De zinsnede: “en niet geloofden in voortekenen” betekent dat zij niet geloofden in voortekenen gebaseerd op vogels of iets anders waarin de mensen bijgelovig zijn, en vervolgens iets wat zij hadden voorgenomen om te doen nalaten vanwege dit bijgeloof. Bijgeloof is verboden en een vorm van kleine Shirk.

De zinsnede: “en geen gebruik maakten van brandmerken” betekent dat zij niet brandmerkten met vuur om ziekte te behandelen, zelfs als is aangetoond dat het voordeel oplevert. Want de Profeet (vrede zij met hem) hekelde het, en er is niemand die kan straffen met vuur, behalve de Heer van het Vuur.

De rode draad in deze drie kenmerken is dat zij hun “vertrouwen volledig stellen in hun Heer”. Dat wil zeggen dat zij het hoogste niveau van vertrouwen (Tawakkoel) hebben bereikt en dat zij totaal geen aandacht hebben besteed aan de middelen, noch zich afhankelijk daarvan voelden. Zij waren juist alleen afhankelijk van hun Heer, de Verhevene.

Sacied ibn Habieb heeft gezegd: “Tawakkoel is de beknopte weergave van het geloof.” En Wahb ibn Moenabbih zei: “Het is zelfs het uiteindelijke doel.”

Opgemerkt dient te worden dat het bereiken van de ware Tawhied of het geloof in de Eenheid van Allah niet bereikt kan worden door het alleen te willen of te doen alsof, of door beweringen die nergens op gebaseerd zijn. Het kan juist bereikt worden door middel van een sterke overtuiging die geworteld is in het hart, door de ware Ihsaan te bereiken die bevestigd wordt door goed gedrag en door goede daden.

De moslim dient zich te haasten om het beste te maken van elk moment van zijn leven, en hij moet zich haasten om goede daden en daden van aanbidding te verrichten. Hij moet de moeilijkheden negeren en het leed voor lief nemen. Want wat bij Allah is, is kostbaar. Wat bij Allah is, is het Paradijs.

Sheikh cAbdoer-Rahmaan as-Sacdie (al-Qawl us-Sadied cala Maqaasid Kitaab it-Tawhied, blz. 20-23)