Is fysieke verschijning belangrijk?

6143

Vraag:

Ik wil graag een vraag stellen over een algemeen probleem voor velen van ons. Hoe kijkt Allah naar fysieke schoonheid? Is dit beschreven in de Koran en de Soennah? Veel mensen geven de voorkeur aan sommige van hun kinderen, alleen maar vanwege hun huid of oogkleur. Wat staat hierover in de Koran?

Antwoord:

Alle lof zij Allah.

De fysieke schoonheid wordt niet gezien als een maatstaaf van godsvrucht onder de mensen in de Islam. Dat wat het onderscheid maakt is Taqwa (godsvrucht). Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“O mensen, waarlijk, Wij hebben jullie uit een man en een vrouw geschapen en Wij hebben jullie tot volkeren en stammen gemaakt, opdat jullie elkaar zullen herkennen. Voorwaar, de meest eervolle (persoon) van jullie bij Allah is degene die (Allah) het meest vreest. Voorwaar, Allah is op de hoogte (van alles), Alwetend (over het verborgene).”

(Soerat al-Hoedjoeraat: 13)

De Shariecah is gekomen om onze standpunten te corrigeren, die meestal gebaseerd waren op uiterlijke verschijning. Er zijn veel overleveringen over dit onderwerp waaronder de volgende:

Er is overgeleverd dat Aboe Hoerayrah zei: “De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Allah kijkt niet naar jullie fysieke verschijning of bezit, maar Hij kijkt naar jouw hart en jouw daden.”

(Moeslim)

Er is overgeleverd dat Aboe Dharr zei: “Ik wisselde wat woorden uit met een andere man, wiens moeder een niet-Arabier was. Ik beledigde zijn moeder, en hij vertelde dit aan de Profeet (vrede zij met hem). Hij (vrede zij met hem) zei tegen mij: “Heb jij die en die beledigd?” Ik zei: “Ja.” Hij (vrede zij met hem) zei: “Heb jij zijn moeder beledigd?” Ik zei:“Ja.” Hij (vrede zij met hem) zei: “Jij bent een man waarin Djaahiliyyah (onwetendheid) zit.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Volgens een andere overlevering: “… ik zei tegen hem: “O, zoon van een zwarte vrouw,” en de Profeet (vrede zij met hem) zei: “In jou zit onwetendheid.” In andere woorden één van de eigenschappen van de onwetende.

Er is overgeleverd dat Sahl ibn Sacd as-Saacidie zei: “Een man kwam langs de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) en hij (vrede zij met hem) vroeg aan een man die met hem zat: “Wat denk jij van deze man?” Hij zei: “Hij is één van de nobelen. Bij Allah, als hij iemand ten huwelijk vraagt, dan verdient hij het om te trouwen. En als hij bemiddelt, dan verdient zijn bemiddeling het om geaccepteerd te worden.” De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei niets. Toen kwam er een andere man langs en de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) vroeg hem: “Wat denk jij van deze man?” Hij zei: “O, Boodschapper van Allah, hij is één van de arme mensen van de moslims. Als hij iemand ten huwelijk vraagt, dan verdient hij het niet om te trouwen. En als hij bemiddelt, dan verdient zijn bemiddeling het niet om geaccepteerd te worden. En als hij praat, dan verdient hij het niet om gehoord te worden.” De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Deze (tweede man) is beter dan de aarde vol met (mannen als) die (eerste man).

(al-Boekhaarie)

Er is overgeleverd van Aboe Hoerayrah dat de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Mensen moeten ophouden met het pronken over hun overleden voorvaderen, want zij zijn niet meer dan brandstof voor de Hel. Anders zullen zij zo onbelangrijk zijn bij Allah, net als de mestkever die mest oprolt met zijn neus. Allah heeft jullie arrogantie uit de tijd van onwetendheid en trots voor jullie voorvaderen weggehaald. Een man is of een gelovige die Allah vreest of een immorele persoon die is verdoemd. En zij zijn allemaal de zonen van Adam en Adam is geschapen uit aarde.”

(at-Tirmidhie, Hasan verklaard door Sheikh al-Albaanie)

Al deze overlevering wijzen op wat we eerder genoemd hebben, namelijk dat de fysieke verschijning en kleur niet de reden moet zijn waarom men zich trots, verheven, superieur of van hoge status moet voelen. En de moslims moeten juist toenadering zoeken tot degenen die vroom en rechtschapen zijn. Er is overgeleverd dat cAmr ibn ul-cAas zei: “Ik hoorde de Profeet (vrede zij met hem) hardop, en niet zachtjes, zeggen: “Mijn vrienden zijn Allah en de rechtschapen gelovigen.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Wat betreft de omgang met kinderen is het verplicht om hen rechtvaardig te behandelen en niet de één te verkiezen boven de ander. Zelfs niet als het ene kind zijn vader meer respecteert dan het andere kind. Onderscheid maken op basis van de huid of oogkleur van de kinderenis een serieuze kwestie en een ernstige overtreding. Ouders dienen Allah te vrezen in het omgaan met hun kinderen, en dienen hen dan ook eerlijk te behandelen. Er staat in een authentieke overlevering die is verhaald van Noecmaan ibn Bashier dat de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Vrees Allah en behandel je kinderen eerlijk.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Dit soort voorkeursbehandelingen veroorzaken jaloezie en haat tussen de kinderen. We vragen Allah om ons veiligheid en gezondheid te schenken. En Allah weet het het beste. Moge Allah Zegeningen spreiden over de Profeet Mohammed (vrede zij met hem).

Sheikh Mohammed Saalih al-Moenadjjid