Vraag:
Wat is het oordeel over het beoefenen van karate?
Antwoord:
Alle lof zij Allah.
Karate is een vorm van zelfverdediging en één van de vechtkunsten waarbij de handen worden gebruikt zonder wapens. Men valt aan met de voet, vuist of rand van de hand en concentreert zich op het focussen van zijn energie in die slag of stoot.
Islamitisch gezien bevat deze sport een groot aantal fysieke, psychologische en mentale voordelen. Het is in sommige opzichten overeenstemmend met de Islamitische wetgeving en in andere opzichten tegenstrijdig hieraan. Onder de punten waarop het in overeenstemming is met de Islam, valt onder meer:
- De bedekkende kledingstukken die de cAwrah volledig bedekken. Het reglement van deze sport vereist het dragen van kledingstukken bestaande uit overhemden van dik wit katoen en broeken van hetzelfde materiaal. Dit moet wijd zijn voor de beweging van de benen en voeten.
- Strijders zijn verboden om rechtstreekse klappen uit te delen die schade kunnen veroorzaken aan tegenstanders. De regels van het spel schrijven voor dat aanvallen beheerst moeten zijn en geen schade mogen toebrengen aan de tegenstander. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld de regels van het boksen.
Aan de andere kant, is deze sport niet vrij van zaken die indruisen tegen de Shariecah. Zoals het toestaan van het slaan op het gezicht.
Daarnaast bevat het een aantal rituelen dat afkomstig is van Aziatische religies. Zoals de uitwisseling van begroetingen tussen de strijders in de vorm van buigingen die vergelijkbaar zijn met de Roekoec (de moslim buigt namelijk voor niemand anders dan Allah). Ook zijn er oefeningen die afkomstig zijn van de religieuze rituelen van het boeddhisme, zoals het stil zijn en concentreren of mediteren. Al deze (rituelen) worden volledig verworpen door de Islam.
Maar wanneer deze (verboden) zaken worden weggelaten, is het niet verboden om deze sport te beoefenen. Het is mogelijk om ze op een onofficieel niveau weg te laten, waar het op grotere schaal (internationaal) haast onmogelijk is om dit officieel weg te laten.
Het is dan ook niet noodzakelijk om deze vaardigheden te leren op het niveau van kampioenschappen, of mee te doen bij clubs die zich aan deze zaken houden en deze als een verplicht onderdeel van de sport zien waaraan iedereen zich moet houden.
Qadaayaa al-Lahwoe wat-Tarfieh, blz. 369