Een wind laten tijdens de Ghoesl

27572

Vraag:

Wordt mijn Ghoesl ul-Djanaabah verbroken wanneer ik een wind laat?

Antwoord:

Het vrijkomen van een wind verbreekt de Woedoe’, maar niet de Ghoesl. Op basis hiervan is het zo dat wie tijdens de Ghoesl zijn geslachtsdeel aanraakt, urineert of een wind laat, zijn Ghoesl dient te voltooien en hierna de Woedoe’ dient te verrichten.

Wanneer men de Ghoesl verricht om hiermee zijn staat van Djanaabah op te heffen, dan volstaat deze wassing als Woedoe’. Verkeert men dus in staat van Djanaabah en verricht hij vervolgens de grote wassing, dan volstaat dit voor het verrichten van de Woedoe’. Dit alles op basis van de Woorden van Allah (interpretatie van de betekenis):

“En als jullie in staat van Djanaabah zijn, reinig dan julliezelf.”

(Soerat al-Maa’idah: 6)

Men is daarom niet verplicht om na de Ghoesl nog de Woedoe’ te verrichten, tenzij diegene diens Woedoe’ heeft verbroken tijdens of na de Ghoesl. In dat geval is deze persoon wel verplicht om de Woedoe’ te verrichten voor het gebed. Verbreekt hij zijn Woedoe’ niet, dan volstaat zijn grote wassing voor al-Djanaabah. Hierbij doet het er niet toe of men de Woedoe’ voor of na aanvang van de Ghoesl heeft verricht. Wel dient men rekening te houden met het spoelen van de mond en het snuiten van de neus. Dit zijn namelijk verplichte onderdelen voor zowel de Ghoesl als de Woedoe’.

(Madjmoeʿ Fataawa Sheikh ibn ʿOethaymien, boekdeel 11, blz. 228)

Islamqa.com