kwestie 6: Wij hebben hierover niets van onze voorouders gehoord!

6483

Wanneer de waarheid wordt gebracht tot de onwetenden, verweren zij zich, zoals Allah ons vertelt in de Koran, met het volgende (interpretatie van de betekenis):

“Wij hebben hierover niets van onze voorouders gehoord!” (Soerat al-Moe’minoen: 24)

Telkens als de profeten tot de onwetenden kwamen, leverden zij hun voorouders als bewijs. Toen Moesa (vrede zij met hem) Fircaun uitnodigde naar het ware geloof, zei Fircaun (interpretatie van de betekenis):

“Hoe staat het dan met de vroegere generaties?” (Soerah Taa Haa: 51)

Alsof hiermee de vroegere ongelovige generaties als bewijs kunnen dienen tegen datgene waarmee Moesa (vrede zij met hem) is gekomen. Dit is natuurlijk niet waar!

Toen Noeh (vrede zij met hem) zijn volk uitnodigde tot Allah, zeiden zij (interpretatie van de betekenis):

“Hij is niets anders dan een mens zoals jullie, die zichzelf boven jullie wenst te plaatsen. En als Allah het had gewild, dan had Hij zeker Engelen nedergezonden. Wij hebben hierover niets van onze voorouders gehoord!” (Soerat al-Moe’minoen: 24)

De ongelovigen onder de Qoeraysh zeiden (interpretatie van de betekenis):

“Wij hebben hierover niets vernomen in de laatste godsdienst. Dit is niets anders dan een verzinsel.” (Soerat Sad: 7)

Qoeraysh maakten datgene waarmee de Profeet (vrede zij met hem) was gekomen uit voor een leugen en verzinsel, omdat dit niet in overeenstemming was met datgene wat hun voorouders deden en pleegden te aanbidden, zoals afgodsbeelden. Zij wensten echter niet terug te gaan naar het geloof van hun verre voorvaderen Ibrahiem en Ismaciel (vrede zij met hen), maar zij hielden vast aan het geloof van hun nabije voorvaderen.

Het is verstandiger om te kijken naar datgene waarmee de profeten zijn gekomen en dit te vergelijken met hetgeen hun voorouders in geloofden, om zo het verschil uit te kunnen maken tussen de waarheid en valsheid.

Als mensen die graven aanbidden tegenwoordig hierop worden aangesproken, zeggen zei woorden van soortgelijke strekking: “Dit is gebruikelijk in de volgende streek of gebruikelijk bij de volgende groepering en wij zagen de vorige generaties dit doen.”