De Raad van State is van mening dat een verbod op ritueel slachten „een ingrijpende beperking” van de vrijheid van godsdienst is. Dit wordt vermeld in een advies over een nieuw wetsvoordeel van de Partij voor de Dieren om onverdoofd slachten te verbieden.
Desondanks zal het wetsvoorstel donderdag door de Partij voor de Dieren worden ingediend bij de Tweede Kamer. „De vrijheid van godsdienst houdt op waar het lijden van anderen – mens en dier – begint.”, zo laat fractievoorzitter Marianne Thieme weten.
Het is niet de eerste poging van de partij om ritueel slachten te verbieden. In 2012 liep een eerdere poging vast in de Eerste Kamer. Ook toen kwam het voorstel er niet door omdat het voorstel de vrijheid van godsdienst te veel zou beperken.
Het jongste wetsvoorstel kent een overgangstermijn van vijf jaar. Hierin kunnen slachterijen zich aanpassen aan de nieuwe situatie, aldus de Partij voor de Dieren. Vooral de joodse en moslimgemeenschap kent veel weerstand tegen een mogelijk verbod.
In een advies van de Raad van State, dat donderdag openbaar wordt gemaakt, wordt vermeld dat een verbod „een te vergaande aantasting van de vrijheid van godsdienst met zich brengt.” Veel joden en moslims willen, vanwege religieuze redenen, dat dieren voor de slacht niet verdoofd worden. Daarom druist het verbieden van de rituele slacht volgens de Raad van State in tegen de mensenrechten.
Het volledige artikel is te lezen op: Telegraaf.nl
Team al-Yaqeen
16 mei 2019